HomeNieuwsHoe help je medewerkers met een depressie te re-integreren?

Hoe help je medewerkers met een depressie te re-integreren?

Medewerkers die uitvallen vanwege een depressie voelen zich vaak lusteloos en waardeloos of maken zichzelf verwijten. De kans dat zij zelf initiatief nemen om hun werk te hervatten is dan ook klein. Hoe kun je daar als bedrijfsarts, HR-professional en leidinggevende in ondersteunen? ‘In ieder geval door contact te blijven zoeken en te blijven prikkelen’, benadrukt Suzanne van den Haak, GZ-psycholoog bij HSK.

Een kwart van alle Nederlanders krijgt ooit in het leven een depressie, jaarlijks is dat 9 procent van de volwassenen. De helft van hen herstelt na 6 maanden, bij de andere helft duurt dat langer, met een langdurig ziekteverzuim tot gevolg. Dat blijkt uit de meest recente statistieken van het Trimbos Instituut.
Suzanne van den Haak (38), GZ-psycholoog bij HSK, herkent dat beeld. ‘Depressie is echt anders dan bijvoorbeeld een angststoornis of PTSS. De mensen die daarmee kampen blijven met de juiste begeleiding relatief actief, ook in hun baan. Maar een belangrijk teken van depressie is passiviteit en een afgenomen interesse en belangstelling voor vrijwel alle activiteiten. Daardoor lijkt werken al gauw een brug te ver. Terwijl het juist zo belangrijk is om te kijken in hoeverre werk het herstel kan bevorderen.’

Waarom is dat zo belangrijk?

‘Door dingen te ondernemen, hoe klein ook, kan iemand met een depressie de negatieve spiraal van lusteloosheid en depressieve gedachten doorbreken. Waarmee ik overigens niet wil stellen dat iederéén met een depressie een paar uur moet werken. Dat hangt erg af van de mogelijkheden die iemand op dat moment heeft.’

Eerst even over de depressie zelf: hoe ontstaat deze precies?

‘Vaak gaat een depressie gepaard met een of meerdere verlieservaringen. En dat bedoel ik in de breedste zin van het woord: van het verlies van een dierbare tot het verlies van een relatie of een baan. Daarnaast zie je vaak dat een depressie optreedt bij een gebrek aan voldoening. Veel cliënten met een depressie interpreteren de gebeurtenissen die ze meemaken of de dingen die even niet meer lukken zoals vroeger als een persoonlijk falen. Gedachten die hen beheersen kunnen zijn: ik ben nergens goed voor, ik kan niks, ik ben waardeloos en het lukt me toch niet. Hoe ernstiger hun depressie, hoe meer zelfverwijten en schuldgevoelens ze ervaren. En hoe waardelozer, lustelozer en somberder ze zich voelen.’

Dat is dus wezenlijk anders dan een grote dip?

‘Absoluut. Als het sombere gevoel, de afgenomen belangstelling en het gedaalde activiteitenniveau minimaal twee weken voortduren en iemand beperken in het dagelijkse functioneren, dan is het goed mogelijk dat er sprake van een depressie. Daarnaast zie je dat het vaak gepaard gaat met toegenomen onzekerheid, schuldgevoelens, zelfverwijten, slaapproblemen en besluiteloosheid.’

Hoe kun je dat herkennen bij een medewerker, collega of cliënt?

‘Mensen met een depressie hebben over het algemeen moeite met organiseren, snel schakelen en zich concentreren. Ze trekken zich vaak steeds meer terug, totdat ze thuis op de bank belanden en er niet meer afkomen. Dat is vaak het moment dat ze zich ziek moeten melden en bij een bedrijfsarts of bij mij in een traject terecht komen. Uitspraken als “Ik lig alleen maar op de bank en kom tot niks”, hoor ik regelmatig.’

‘Iemand met een depressie heeft baat bij structuur en ritme. Maar dat zal vaak niet uit diegene zelf komen.’

– Suzanne van den Haak

Hoe kun je hen helpen?

‘Vaak zie ik dat leidinggevenden, bijvoorbeeld, geneigd zijn om medewerkers met een depressie lang met rust te laten. En dat begrijp ik ook, want er komt vaak weinig uit henzelf. Leidinggevenden willen de toestand van hun medewerker niet verergeren. Maar ik adviseer toch altijd om wel contact te op te nemen. Om hen te blijven prikkelen en af te stemmen wat wel lukt ten aanzien van contact met het werk. Dat doe ik ook in mijn sessies. Want blijft het stil om hen heen, dan bevestigt dat alleen maar hun gedachte: zie je wel, ik tel niet meer mee.’

Hoe doe je dat, dat contact zoeken en prikkelen?

‘Bijvoorbeeld door vaste tijden voor te stellen om te bellen of af te spreken. En dan samen kleine behapbare doelen te stellen en stappen te zetten. Iemand met een depressie heeft baat bij structuur en ritme. Maar dat zal vaak niet uit diegene zelf komen. Daarom kun je voorstellen om regelmatig samen op een vast moment te bellen of koffie te drinken. Dat biedt houvast. Ook is het belangrijk om te benadrukken dat het goed is om naast werk activiteiten te blijven ondernemen, ook als diegene ziek gemeld is. Daar hoeft iemand zich niet schuldig over te voelen. Actief zijn werkt voor mensen met een depressie namelijk herstelbevorderend. Is er sprake van een terugkeer op het werk, dan is het belangrijk om de diegene taken te geven die niet boven de macht zijn of teveel spanning opleveren. Bouw daar ook vooral meer tijd voor in, want iemand met een depressie is meestal trager in denken en handelen.’

Dat klinkt als balanceren tussen druk geven en druk wegnemen…

‘Dat is het ook. Afstemming is dan ook cruciaal. Telkens weer vragen: “Is dit haalbaar voor je? Wat heb je nodig om een stapje vooruit te zetten en hoe kan ik daarbij helpen?” Ook dát is flink aftasten. Want om de medewerker uit zijn passiviteit te halen, wil je hem aan de ene kant uitdagen en aan de andere kant niet laten ontmoedigen door wat niet lukt.’

Welke vragen helpen daarbij?

‘Mensen met een depressie voelen zich meestal niet goed en hebben vrijwel nergens plezier in. Daarom helpt het om te focussen op positieve punten en daarnaar te informeren. Bijvoorbeeld: “Wat ging er goed vandaag?” Of: “Wat waren taken waar je voldoening en energie uithaalde toen je je nog goed voelde?”’

Levert meeleven niks op?

‘Natuurlijk begint goed contact met empathie. Maar iemand die depressief is, heeft weinig puf en ziet weinig lichtpuntjes, dat kan een leidinggevende of begeleider ontmoedigen. Het kan dan meer helpen om positief te bekrachtigen wat er goed gaat, hoe klein de stappen ook zijn. In plaats van “Oh, dat valt tegen” juist te benadrukken: “Fijn dat dat goed gaat”. Neem ze aan de hand in gesprekken. Zodra ze opklaren, nemen ze vaak vanzelf meer de regie terug.’

Wat is over het algemeen het tempo waarin medewerkers met een depressie re-integreren?

‘Dat is niet te voorspellen. Het hangt erg af van de oorzaken die tot de depressie hebben geleid. Is er bijvoorbeeld een arbeidsconflict in het spel of een te hoge druk op de werkvloer? Spelen er nog andere psychische klachten? Dan zal dat de terugkeer op het werk bemoeilijken. Spelen er geen werkgerelateerde problemen of leert iemand hiermee omgaan, dan keren medewerkers na hun depressie vaak genoeg weer fulltime terug in hun eigen baan. Dan is het een kwestie van stap voor stap hun werk plooien naar hun mogelijkheden. En dat is leren geblazen, zowel voor de medewerker als de omgeving.

In de praktijk zie ik dat medewerkers met een depressie, in vergelijking met medewerkers met bijvoorbeeld PTSS of burn-out, pas laat aan hun re-integratie starten. En dat zit ‘m in de passiviteit, de concentratieproblemen en het negatieve zelfbeeld die bij een depressie horen. Juist daarom is aandacht zo belangrijk tijdens het ziekteverzuim. En de aansporing om kleine stapjes te zetten, het liefst binnen de werkomgeving. Want werk biedt niet alleen ritme en structuur, maar ook het gevoel van het onder de mensen zijn. En dat beperkt het gevoel van buiten de boot vallen.’

Hoe belangrijk is professionele hulp voor medewerkers met een depressie?

‘Professionele hulp kan erg bijdragen aan herstel, zowel voor het gevoel van steun als de expertise op het gebied van mentale gezondheid. Een professional kan goed signaleren of iemand niet afglijdt in de depressie en manieren vinden om iemand te prikkelen om actiever te worden. Dat kan een praktijkondersteuner in de huisartsenpraktijk zijn of een bedrijfsarts. Helpt dat de cliënt na een aantal maanden niet vooruit? Of is de ernst van de depressie al zodanig dat het leidt tot een beperkt functioneren of dreigend werkuitval? Dan is het raadzaam om naar een gespecialiseerde psycholoog door te verwijzen.’

Suzanne van den Haak

Meer weten over depressie? En ben je benieuwd naar onze behandelmogelijkheden? Bekijk alle info over depressie.

Credits:
Interview en tekst: Teus Lebbing